Nansenpaspoort

Nansenpostzegel

De Noor Fridtjof Nansen (1861-1930) is voor velen vooral bekend vanwege zijn werk als ontdekkingsreiziger. Deze Armeense postzegel roemt hem echter vanwege het werk dat hij tussen de beide wereldoorlogen verrichte als Hoge Commissaris van de Vluchtelingen van de Volkenbond. Voor Geschiedenis Magazine schreef ik een artikel over deze minder bekende kant van Nansen.

Op de achtergrond van de postzegel hierboven schemert een pagina uit het naar hem vernoemde ‘Nansenpaspoort’ door. Met dat paspoort konden statelozen vrij reizen en een bestaan opbouwen. Wat niet veel mensen weten is dat de bezitters hun Nansenpaspoort zelf betaalden. Om de geldigheid te behouden moest het paspoort periodiek van een stempel worden voorzien. Van de opbrengsten financierde Nansen bedrijfsleningen voor vluchtelingen en in samenwerking met de Internationale Arbeidsorganisatie van de Volkenbond werden vluchtelingen herplaatst naar landen waar een tekort op de arbeidsmarkt was.

Met dit in het achterhoofd kan een nieuw Nansenpaspoort wellicht een impuls geven aan het vastgelopen gezamenlijke Europese migratiebeleid. Vluchtelingen zouden niet langer hun zuurverdiende geld aan mensensmokkelaars hoeven te geven om de gevaarlijke oversteek naar Europa te bekostigen, maar kunnen daarmee hun eigen legale overkomst financieren. Met de opbrengst kunnen arbeidsprojecten worden gefinancierd.

Onbegrepen Europa

Feudalism

Voor Clingendael Spectator schreef ik een recensie van Onbegrepen Europa – Nieuw licht op een eeuwenoude tweedeling van financieel journalist Bert Bakker. Bij zijn onderscheid tussen middenklasseregio’s en (neo)feodale regio’s zijn kanttekeningen te plaatsen. Kern van Bakkers betoog is echter dat Europese bestuurders – en ook bestuurders van multinationale ondernemingen als Air France-KLM – het probleem van uiteenlopende mentaliteiten tussen verschillende Europese regio’s hebben genegeerd.

Daar ben ik het van harte mee eens. In De rafelranden van Europa constateerde ik al dat de EU als een fris behang is uitgerold over Europa, zonder acht te slaan op de scheuren en vochtplekken die eronder zitten. Het kennen van de geschiedenis van ‘de ander’ is essentieel voor het oplossen van wederzijds begrip. Dat geldt ook voor de drijfveren achter de huidige opstelling van Polen en Hongarije binnen de Europese Unie. In De spoken van Visegrád zal ik teruggaan naar de sleutel: de in het Westen grotendeels onbekende tijd tussen de twee wereldoorlogen. Nog een paar maanden geduld…

2018

Praag1968

Een omineus beeld, zo aan het begin van 2018. Het stamt uit 1968. In januari van dat jaar zette Tsjechoslowakije de eerste stap op weg naar ‘socialisme met een menselijk gezicht’. Zo’n acht maanden later was het experiment alweer voorbij. Tanks van het Warschaupact rolden door de straten van Praag om ervoor te zorgen dat Tsjechoslowakije weer netjes in de pas liep. Voor Historisch Nieuwsblad schreef ik in het kader van ‘Rampjaar 1968’ een artikel over wat de Praagse Lente is gaan heten.

Het jaar 2018 belooft voor mij geen rampjaar te worden. In april ligt mijn tweede boek De spoken van Visegrád in de winkel. Het wordt nog even doorwerken om dat voor elkaar te krijgen, maar het werk vordert voorspoedig. In het boek zal Praag ook aan de orde komen, zij het nog eens vijftig jaar eerder: rond de geboorte van Tsjechoslowakije in 1918. De gebeurtenissen in de periode tussen de beide wereldoorlogen klinken ook in 2018 nog door in Tsjechië, Slowakije, Polen en Hongarije.

Wie weet wat het jaar verder nog brengt? Ik zie er in ieder geval naar uit om ook in 2018 weer mijn verhaal te vertellen.