Poetins geschiedenisles

Het was op zijn zachtst gezegd een opmerkelijke toespraak waarin Vladimir Poetin op 21 februari 2022 zijn besluit om de zelfverklaarde Volksrepublieken Donetsk en Loehansk in het oosten van Oekraïne te erkennen uit de doeken deed. Miljoenen Russen kregen op primetime op de staatstelevisie een presidentiële geschiedenisles van een uur voorgeschoteld. En wat voor een!

Met nauwelijks verhulde boosheid ontkende Poetin op historische gronden het bestaansrecht van Oekraïne. Het was een uiterst selectief verhaal, waaruit veel was weggelaten. En voor een internationaal publiek was het ook een warrig verhaal, dat de vraag opriep of Poetin alles nog wel op een rijtje had.

Maar het tegendeel is waar. Poetins toespraak paste naadloos in het beeld van de Russische geschiedenis dat het Kremlin de afgelopen jaren heeft neergezet (en angstvallig bewaakt). Russische schoolboeken, musea en media schilderen het machtige Rusland af als een belegerde vesting, die zich in de afgelopen duizend jaar met hand en tand én met succes heeft verzet tegen pogingen om haar in te nemen. Het is een beeld dat trots en patriottisme moet aanwakkeren. En het is een beeld dat Poetins keuzes rechtvaardigt én bepaalt.

Bij Goedemorgen Nederland ging ik daar kort op in en bij VPRO OVT wat langer:

En ondertussen werk ik stug door aan de voltooiing van De macht van het verleden, dat niet alleen zal vertellen hoe Poetin de geschiedenis gebruikt als politiek wapen, maar ook laat zien dat hij helaas niet de enige is die heeft ingezien hoe machtig dat wapen kan zijn.

Ontwapeningsspijt

Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991 was Oekraïne op papier na Rusland en de Verenigde Staten opeens de derde kernmacht ter wereld. Het land beschikte over ruim 4000 kernwapens: van kleine ‘tactische’ wapens – bommen en granaten – tot zware intercontinentale ballistische raketten. Maar Oekraïne gaf in 1994 dat hele arsenaal op.

Nu Rusland met oorlog dreigt, klinken er in de Oekraïense samenleving geluiden van spijt. Ontwapeningsspijt. Het kernwapenarsenaal had Poetin vast en zeker weerhouden van de annexatie van de Krim, zijn bemoeienis met de strijd in Oost-Oekraïne en mogelijke nieuwe drieste avonturen, zo is de gedachte.

In 1994 was de Oekraïense regering ervan overtuigd een goede deal te hebben gesloten. In ruil voor het overdragen van het kernwapenarsenaal uit de Sovjettijd aan buurland Rusland kreeg Oekraïne niet alleen financiële compensatie, maar met het zogeheten Boedapest Memorandum van de Russen, Amerikanen en Britten ook de verzekering dat zij de onafhankelijkheid en de grenzen van het land zouden respecteren.

Maar in 2014 negeerde Poetin het memorandum simpelweg. Hebben de Oekraïeners nu terecht spijt? En was hun positie echt anders geweest als ze vast hadden gehouden aan het kernwapenarsenaal? Bij VPRO’s geschiedenisprogramma OVT op NPO Radio 1 gaf ik antwoord op die vragen:

Wie meer wil weten over de langere voorgeschiedenis kan ook luisteren naar het OVT-item over het tragische lot van ‘de ultieme bufferstaat’ of in de boekhandel op zoek gaan naar De rafelranden van Europa. Ook handig voor een inkijkje in de drijfveren van Vladimir Poetin.